4. De Werelderfgoedconventie van Unesco

De Conventie is het eerste officiële internationale instrument dat de noodzaak vastlegt om ons onvervangbare cultureel en natuurlijk erfgoed met unieke, universele waarde vast te stellen en te beschermen.

De Conventie benadrukt dat het onze gedeelde morele en financiële verantwoordelijkheid is om ons zogenoemde gezamenlijke culturele en natuurlijke erfgoed te beschermen. Hiervoor is internationale samenwerking nodig.

In Sectie VI, Artikel 27 van de Conventie wordt het belang benadrukt van wereldwijde Werelderfgoededucatie. Dit gedeelte roept alle Lidstaten op om ‘alle geschikte middelen in te zetten om waardering en respect bij te brengen voor cultureel en natuurlijk erfgoed, met name door middel van educatieve en informatieve programma’s.’

Opdracht 4: erfgoedbehoud. nationale wetten en internationale verdragen

Doel: het vergroten van kennis van de nationale en internationale uitvoering van erfgoedbehoud
Onderzoek
Type activiteit: activiteit in de klas
Duur: één lesuur
Geschikt voor: taal, geschiedenis, maatschappijleer

Nodig: Werelderfgoedkaart, Werelderfgoedconventie

Verdeel de klas in twee groepen en geef de groepen de volgende opdrachten:

(a) Vraag groep 1 om uit te zoeken wanneer hun land een Lidstaat van de Conventie is geworden (dit is terug te vinden op de website van Unesco Parijs). Wat zijn de motieven en voordelen van het ondertekenen van de Conventie?

(b) Vraag groep 2 om een lijst met redenen te maken waarom de internationale gemeenschap (Unesco) besloot om de Werelderfgoedconventie aan te nemen. 

(c) Vraag leerlingen om de Werelderfgoedconventie te lezen, samen te vatten en te bespreken. 

 

Onze belofte… Onderwijs over cultureel en natuurlijk erfgoed opnemen in nationale lesprogramma’s, zodat we de Werelderfgoedconventie kunnen begrijpen. Bezoek aan erfgoederen en regelmatige lesuren over dit onderwerp, zouden onderdeel moeten uitmaken van dit type onderwijs. 

(Leerlingen op het Eerste Werelderfgoed Jongerenforum, Bergen, Noorwegen.)

 

Wat is de waarde van het beschermen en behouden van ons erfgoed door middel van gespecialiseerde organisaties en nationale wetgeving, als we de redenen hiervoor niet doorgeven aan jongeren? 

(Dhr. Bozo Biskupic, Minister van Cultuur, Kroatië, bij de inauguratie van het Eerste Europese Regionale Werelderfgoed Jongerenforum, Dubrovnik)

4.1 Natuur en cultuur innig verbonden

De Werelderfgoedconventie is uniek in zijn soort, omdat het natuur en cultuur met elkaar verbindt. Er zijn maar weinig nationale wetten, en geen andere internationale verdragen, die cultureel en natuurlijk erfgoed op zo’n manier met elkaar verbinden. Natuur en cultuur vullen elkaar aan. De culturele identiteit van verschillende volken is gevormd in hun leefomgeving en de mooiste monumenten en gebouwen hebben hun schoonheid mede te danken aan hun natuurlijke omgeving. Bovendien dragen sommige spectaculaire natuurgebieden het stempel van menselijke activiteit. Ook zijn veel natuurgebieden belangrijk vanwege hun spirituele, culturele of artistieke waarde. Het logo van Unesco Werelderfgoed staat symbool voor de intrinsieke relatie tussen culturele en natuurlijke erfgoederen en tussen cultuur en natuur.

Image

4.2 cultureel en natuurlijk erfgoed

In Artikel 1 van de Conventie staat cultureel erfgoed omschreven en in Artikel 2 natuurlijk erfgoed.

Onder ‘cultureel erfgoed’ verstaan we:

monumenten: bouwkundige werken, monumentale beeldhouwwerken en schilderijen, archeologische elementen of bouwwerken, inscripties, grottekeningen of combinaties van bovenstaande onderdelen, met een unieke en universele waarde op het gebied van geschiedenis, kunst of wetenschap.

groepen gebouwen: groepen losstaande of aan elkaar verbonden gebouwen, die vanwege hun architectuur, gelijksoortigheid of plek in het landschap van universele waarde zijn op het gebied van geschiedenis, kunst of wetenschap.

gebieden en opgravingen: door de mens gemaakte kunstwerken of kunstwerken die deels door mensen, deels door de natuur gemaakt zijn, waaronder archeologische opgravingen, die unieke en universele waarde hebben op het gebied van geschiedenis, esthetiek, etnologie of antropologie.

Onder ‘natuurlijk erfgoed’ verstaan we:

natuurlijke elementen bestaande uit natuurlijke en biologische formaties of groepen van die formaties, die van unieke en universele waarde zijn op het gebied van esthetiek of wetenschap;

geologische en fysisch geografische formaties en specifiek afgebakende gebieden waar bedreigde dier- en plantensoorten voorkomen van unieke en universele waarde op het gebied van wetenschap of natuurbehoud;

natuurgebieden of specifiek afgebakende natuurlijke gebieden van unieke en universele waarde op het gebied van wetenschap, natuurbehoud of natuurschoonheid.

De echte bewakers van cultureel erfgoed van steden zijn de inwoners. Waar vinden we die? Overal. Maar een logische en doeltreffende plek om te beginnen is de school. Ook hier kan het Unesco-netwerk gemobiliseerd worden. Het ASPnet (het netwerk van aangesloten scholen) heeft duizenden scholen die internationaal samenwerken.
– Mevrouw Ase Kleveland, Ministerie van Cultuur, Noorwegen (1995) –

4.3 cultuurlandschappen

Sinds 1992 erkent het Werelderfgoedcomité ook unieke interacties tussen cultuur- en natuurlandschappen. Cultuurlandschappen die op de Werelderfgoedlijst staan, zijn onder andere Nationaal park Tongariro in Nieuw-Zeeland, Nationaal park Uluru-Kata Tjuta in Australië, de Rijstterrassen van de Filipijnse Cordilleras, het Cultuurlandschap van Sintra in Portugal, Lednice-Valtice in Tsjechië, het Hallstatt-Dachstein/Salzkammergut Cultuurlandschap in Oostenrijk, de Monte Perdido (Mont Perdu) in de Pyreneeën in Frankrijk en Spanje, de Amalfikust in Italië, Portovenere, Cinque Terre en de eilanden Palmaria, Tino en Tinetto in Italië en het agrarisch landschap van Zuid-Öland in Zweden.

Image
Een voorbeeld van een cultuurlandschap: Meteora in Griekenland. Dit is een van de vierentwintig kloosters, die gebouwd zijn in een gebied met vrijwel ontoegankelijke zandstenen pieken. Vanaf de elfde eeuw vestigden monniken zich in deze ‘pilaren van de hemel’. Hun zestiende-eeuwse fresco’s vormen een belangrijke fase in de ontwikkeling van post-Byzantijnse schilderkunst.
Loading...