Het uitstel maakt het voor Nederland nog spannender, omdat het comité twee nominaties met Nederlands erfgoed zou beoordelen: de Koloniën van Weldadigheid, samen met België, en de uitbreiding van de Stelling van Amsterdam met de Nieuwe Hollandse Waterlinie (zie kader).
Nieuwe datum
Conform de reglementen besluit het Werelderfgoedcomité één keer per jaar over nieuwe inschrijvingen. Naar verwachting zullen het Werelderfgoedcomité, het Unesco secretariaat en de Chinese overheid er daarom naar streven nog voor het einde van 2020 in Fuhzou samen te komen. Of dit haalbaar is hangt uiteraard af van de ontwikkelingen rondom de pandemie.
Werkzaamheden comité
Het comité bespreekt naast de nieuwe inschrijvingen op de Werelderfgoedlijst ook de staat van beheer van het werelderfgoed wereldwijd. Het comité laat zich in zijn besluitvorming adviseren door de internationale expertorganisaties ICOMOS (voor culturele nominaties) en IUCN (voor nominaties van natuurgebieden), maar kan besluiten om van de adviezen af te wijken. De adviezen worden voorafgaand aan de comitévergadering gepubliceerd op de website van Unesco.
Nederlandse nominaties
De Koloniën van Weldadigheid
De Koloniën van Weldadigheid zijn ’s werelds eerste, meest grootschalige en langst functionerende voorbeeld van binnenlandse agrarische koloniën om armoede te bestrijden. De nominatie werd eerder ingediend, maar in 2018 besloot het Werelderfgoedcomité dat het dossier nog niet klaar was voor inschrijving. Op basis daarvan is het dossier aangepast en opnieuw ingediend. De nominatie bestaat uit vier koloniën: Frederiksoord, Wilhelminaoord en Veenhuizen in Nederland en Wortel in Vlaanderen.
Werelderfgoed Hollandse Waterlinies
De Stelling van Amsterdam heeft al sinds 1996 de Unesco-status. Het voorstel is dat de Stelling samen met de Nieuwe Hollandse Waterlinie straks Werelderfgoed Hollandse Waterlinies vormen. De linies vertellen het verhaal van de verdediging van Holland als bestuurlijk en economische hart van Nederland.