De stad Divriği ligt in de regio Anatolië die begin 11e eeuw werd veroverd door de Turken. In 1228-1229 stichtte emir Ahmet Shah er een moskee, met een aangrenzend ziekenhuis. De enige gebedsruimte in de Grote moskee heeft vijf gangen die elk bestaan uit vijf ruimtes. Het gebouw heeft stenen gewelven en bovenop zitten twee koepels van ongelijke grootte, waarvan er een boven de rituele wastafel is geplaatst. De tweede (hoofd)koepel bevindt zich boven de mihrab (gebedsniche) en is aan de buitenkant herkenbaar aan zijn zeshoekige toren. De zeer geavanceerde techniek van de moskee maakt het een uniek meesterwerk van islamitische architectuur.